Biografie Max Velthuijs
Max Velthuijs werd op 22 mei 1923 in Den Haag geboren.
Na een opleiding tot grafisch ontwerper begon hij na de Tweede Wereldoorlog met het maken van politieke prenten en het ontwerpen van affiches, advertenties, boekomslagen en allerlei ander drukwerk. Langzaam maar zeker ontdekte hij in die jaren wat hij eigenlijk het liefste wilde: zelf boeken maken en illustreren.
Op verzoek van Uitgeverij Van Goor in Den Haag illustreerde hij in 1962 een bundel bakerrijmen: Versjes die we nooit vergeten, en dat boek werd zijn debuut. Het werd in dat jaar verkozen tot één van de ‘Best Verzorgde Vijftig Boeken’, dankzij de mooie illustraties en vormgeving.
Van 1 oktober 1964 tot en met 1 september 1987 was Velthuijs docent aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag. Daarnaast bleef hij natuurlijk tekenen en schilderen. In 1964 maakte hij nieuwe prenten voor een oud abc-boek: A is een aapje.
Tijdens de Frankfurter Buchmesse kwam hij in 1965 in contact met de Zwitserse uitgeverij Nord-Süd Verlag, voor wie hij eerst enkele verhalen (Der Wolf und das Zicklein en Der arme Holzacker und die Taube) illustreerde. Daarna schreef en illustreerde hij zelf zijn verhalen en het eerste, Der Junge und der Fisch, dat in 1969 verscheen, betekende zijn internationale doorbraak. De titelpagina’s van deze boeken tonen niet alleen zijn vakbekwaamheid als grafisch ontwerper, maar ook zijn vaardigheden met de pen en oostindische inkt, waarmee hij zijn ‘geschreven’ teksten maakte. Der Junge und der Fisch werd meteen in vijf verschillende talen gepubliceerd en met dat boek won hij in 1971 de ‘Gouden Appel’ van de Bienale Ilustracif Bratislava en de ‘Prix de Treize’ (Frankrijk).
In 1971 volgde Der Maler und der Vogel. De Nederlandse uitgaven van deze twee boeken verschenen pas in 1972 bij uitgeverij Dr. W. Junk en kregen een goede ontvangst van de pers. Later volgden Het goedige monster en Het goedige monster en de rovers, waarvoor Velthuijs in 1976 een Gouden Penseel kreeg. Hiermee vestigde hij voorgoed een naam in Nederland.
In al deze boeken speelt het contact tussen mens en dier een belangrijke rol. Later zijn de personages in zijn boeken dieren met menselijke trekjes, zoals in de dierenfabels (De eend en de vos, De beer en het varkentje en De olifant en de krokodil) en in de boeken over Kikker.
De figuur van Kikker duikt voor het eerst op in Klein-Mannetje heeft geen huis, dat in 1983 verscheen. Zes jaar later is Kikker de hoofdpersoon in Kikker is verliefd – en dat is het begin van een serie van twaalf prentenboeken over Kikker.
In de wereld van Kikker en zijn vrienden Eend, Haas, Varkentje, later ook Rat en Beertje, bestaat geen gevoel voor status: iedereen is gelijk. Elk dier heeft zijn eigen karakter en zijn eigen vaardigheden. Ondanks de soms ‘zware’ onderwerpen, zoals verdriet, angst, watersnood en de dood, weten Kikker en zijn vrienden van het leven te genieten. Zij zijn gelukkig met weinig en hun wereld is harmonieuzer dan die van ons. Er is altijd een boodschap in Velthuijs’ boeken, maar hij brengt die als een algemene, universele waarheid. Op het eind is er steeds een positieve oplossing voor de dilemma’s van Kikker en zijn vrienden. Hun avonturen spreken niet alleen kinderen aan, maar raken ook een gevoelige snaar bij volwassenen.
In 2004 kreeg Max Velthuijs de Hans Christian Andersenprijs (illustraties) voor zijn gehele oeuvre. In dat jaar ontving hij ook een koninklijke onderscheiding.
Op 25 januari 2005 overleed hij op 81-jarige leeftijd in Den Haag. Later dat jaar werd de Openbare Basisschool ‘Het Kompas’ in Den Haag omgedoopt in ‘Openbare Basisschool Max Velthuijs’.
In januari 2006 verscheen Kikker in de wind, gebaseerd op de opzet en de schetsen voor een nieuw prentenboek dat hij helaas niet meer heeft kunnen afmaken.
Voor een uitgebreide biografie van Max Velthuijs wordt verwezen naar het boek Ik bof dat ik een kikker ben, door Joke Linders, verschenen bij uitgeverij Leopold.